Wat betekent uno in Spaans?
Wat is de betekenis van het woord uno in Spaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van uno in Spaans.
Het woord uno in Spaans betekent samenvoegen, combineren met, samenbrengen, verenigen, verbinden, combineren, verbinden, aansluiten, verbinden, samenvoegen, samenvoegen, aaneensmeden, samengaan, fuseren, lassen, iets verbinden met, verbinden, vastkleven, vastplakken, mengen, verenigen, in de echt verbinden, verenigen, verbinden, aansluiten, mengen, combineren, een, een, een, een, een, men, je, je, je, men, overbrugbaar, in de echt verbinden, afbreken, mengen, mixen, met pen-en-gatverbinding samenvoegen, samenbrengen, bijeenbrengen, iets met iets matchen. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord uno
samenvoegen
Él unió las dos piezas del rompecabezas. |
combineren metverbo transitivo |
samenbrengen, verenigenverbo transitivo El sacerdote unió las manos del novio y la novia. |
verbinden, combinerenverbo transitivo Este conjunto une el jazz y el rock en su música. |
verbinden, aansluitenverbo transitivo Unieron los dos vagones para formar un tren más largo. |
verbinden, samenvoegen
|
samenvoegen, aaneensmeden
El amor de Daphne por George había unido su alma a la de él para la eternidad. |
samengaan, fuserenverbo transitivo Las dos compañías se unirán en una sola. |
lassen
La cinta se rompió dentro del proyector y hubo que empalmarla. |
iets verbinden met
El puente de Laos-Tailandia conecta los dos países. |
verbinden
|
vastkleven, vastplakken
Los fabricantes de autos usan cada vez más pegamento para pegar las partes. |
mengen, verenigen
Nosotros los trabajadores tendremos más poder si amalgamamos nuestros dos sindicatos principales. |
in de echt verbinden(formeel) |
verenigen(figurado) |
verbinden, aansluiten
Los manifestantes entrelazaron sus brazos para evitar que la policía los sacara del lugar. |
mengen, combineren
Los vinicultores mezclaron Merlot y Cabernet Sauvignon en su nuevo vino. |
eennombre masculino Mi hija ya puede contar del uno al diez. |
eennombre masculino Uno de los libros cuesta el doble que el otro. |
eennombre masculino Las probabilidades están diez a uno en su contra. |
eennombre masculino Saqué un uno y un dos y perdí la partida. |
eenpronombre El taxi solo lleva a cuatro pasajeros. Uno de nosotros tendrá que caminar. |
men, jepronombre A uno no le gusta criticar, pero es más bien poco atractivo. |
je
Uno nunca debe nadar después de comer. |
je, men
Algunos insectos son tan pequeños que uno no los puede ver, pero aún así pican. |
overbrugbaar(letterlijk) |
in de echt verbinden
|
afbreken(woord: met koppelteken) Voy a enviar invitaciones; ¿sabes si el apellido de Margret se escribe con guion? |
mengen, mixen
|
met pen-en-gatverbinding samenvoegen
|
samenbrengen, bijeenbrengen(personas) Los almuerzos del domingo en la casa de mis padres juntan a toda la familia. |
iets met iets matchen
Los estudiantes tenían que emparejar las palabras francesas con sus significados. |
Laten we Spaans leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van uno in Spaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Spaans.
Verwante woorden van uno
Geüpdatete woorden van Spaans
Ken je iets van Spaans
Spaans (español), ook bekend als Castilla, is een taal van de Iberisch-Romaanse groep van de Romaanse talen, en de 4e meest voorkomende taal ter wereld volgens sommige bronnen, terwijl andere het als een 2e of 3e vermelden meest voorkomende taal. Het is de moedertaal van ongeveer 352 miljoen mensen en wordt gesproken door 417 miljoen mensen wanneer de sprekers als taal worden toegevoegd. sub (geschat in 1999). Spaans en Portugees hebben zeer vergelijkbare grammatica en woordenschat; Het aantal vergelijkbare woordenschat van deze twee talen is tot 89%. Spaans is de primaire taal van 20 landen over de hele wereld. Geschat wordt dat het totale aantal sprekers van het Spaans tussen de 470 en 500 miljoen ligt, waarmee het de op één na meest gesproken taal ter wereld is, gemeten naar het aantal moedertaalsprekers.