Wat betekent stressed in Engels?
Wat is de betekenis van het woord stressed in Engels? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van stressed in Engels.
Het woord stressed in Engels betekent gestresst, beklemtoond, onder fysieke druk, druk, spanning, nadruk, klemtoon, stressen, benadrukken, nadruk, accent, spanning, druk, belasten, de nadruk leggen op, stress, accent, stress, emphasis, place emphasis on, stress, accentuate, accent, focus, focal point, colour, pressure, stress, stress, emphasize. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord stressed
gestresstadjective (emotionally) Paul is really stressed because of all the problems he's having at the moment. |
beklemtoondadjective (syllable) Listen to see if you can identify the stressed syllable in the following words. |
onder fysieke drukadjective (subjected to physical strain) Stressed concrete was used in the construction. |
druk, spanning(pressure, demands) The stress of getting married can be overwhelming. |
nadruk(emphasis) The stress placed on good customer service has helped the company grow. |
klemtoon(phonetics: accent on syllable) The stress goes on the second syllable. |
stressen(make tense, nervous) I was really stressed by the medical operation. |
benadrukken(emphasize) We stressed our desire to hire a manager with a lot of experience. |
nadruk(stronger than usual pronunciation) In English, stress is sometimes put on a word to emphasise its importance. |
accent(music: accented beat) (muziek) There is a stress here on the B flat. |
spanning, druk(mechanics: physical pressure) The stress on the bolt was the cause of the mechanical failure. |
belasten(subject to physical stress) Lifting that heavy table has stressed my back. |
de nadruk leggen op(pronounce more strongly) He stressed the word "walk" because he really didn't want to drive to the shop. |
stress, accent(nadruk) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
stress, emphasis(klem, kracht) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
place emphasis on(benadrukken) (verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.") |
stress, accentuate, accent(letterlijk (de klemtoon leggen op) (transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.") |
focus, focal point(fig. (nadruk) (figurative) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
colour(benadrukken) (UK) (transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.") |
pressure(emotionele pressie) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
stress(spanning) (noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.) |
stress, emphasize(de nadruk leggen op) (transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.") |
Laten we Engels leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van stressed in Engels, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Engels.
Verwante woorden van stressed
Geüpdatete woorden van Engels
Ken je iets van Engels
Het Engels is afkomstig van Germaanse stammen die naar Engeland zijn geëmigreerd en is over een periode van meer dan 1400 jaar geëvolueerd. Engels is de derde meest gesproken taal ter wereld, na Chinees en Spaans. Het is de meest geleerde tweede taal en de officiële taal van bijna 60 soevereine landen. Deze taal heeft een groter aantal sprekers als tweede en vreemde taal dan moedertaalsprekers. Engels is ook de co-officiële taal van de Verenigde Naties, van de Europese Unie en van vele andere internationale en regionale organisaties. Tegenwoordig kunnen Engelstaligen over de hele wereld relatief gemakkelijk communiceren.